Ontslag vanwege een interview door een IC-verpleegkundige over het COVID-19 beleid

Werknemer is ruim 42 jaar als IC-verpleegkundige in dienst bij Stichting Elisabeth-Tweesteden Ziekenhuis (ETZ) als zijn arbeidsovereenkomst wordt ontbonden. 

Wat is er gebeurd?

ETZ heeft een gedragscode die onder meer gaat over het gebruik van social media. In deze code is geregeld dat een werknemer van ETZ geen vertrouwelijke (patiënt en/of bedrijfsgevoelige) gegevens op social media mag delen. Ook mogen werknemers geen negatieve uitingen doen over het werk en/of het ziekenhuis.

Eind maart 2020 laat de IC-verpleegkundige zich in een Corona gerelateerd bericht op Twitter negatief uit over artsen. Kort gezegd zouden de meeste artsen volgens de werknemer ‘gehersenspoeld’ zijn. 

Een officiële waarschuwing van ETZ volgt, maar een sanctie blijft uit vanwege de Coronacrisis en de noodzakelijke inzet daarbij van werknemer.

Circa één jaar later deelt het organisatorisch hoofd IC van ETZ aan de IC-verpleegkundige mede dat ETZ erop vertrouwt dat hij bij het gebruik van social media rekening houdt met de belangen van het ziekenhuis. In deze brief verwijst het ETZ naar de eerder gegeven officiële waarschuwing.

Tijdens de COVID-19 pandemie heeft de werknemer steeds minder begrip voor het COVID-19 beleid van de overheid. Hij wil bijdragen aan het publieke debat en daarmee aan een beter COVID-19 beleid door zijn ervaringen als IC-verpleegkundige te delen. Dit is de reden dat hij contact opneemt met Stichting Buitenparlementaire Onderzoekscommissie 2020 en in september 2021 een interview aan deze stichting geeft.

In het interview vertelt de werknemer onder andere over het ontbreken van de COVID-vaccinatiestatus van patiënten in het elektronisch patiëntendossier, over zijn ervaring met een aantal COVID-patiënten die hij heeft behandeld en over zijn gesprekken met twee intensivisten over het niet doen van obducties bij overleden COVID-patiënten. 

Naar aanleiding van het interview wordt de werknemer door ETZ op non-actief gesteld. Uiteindelijk dient ETZ een verzoek bij de kantonrechter in tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst vanwege ernstig verwijtbaar handelen. Werknemer zou zowel de normen van het goed werknemerschap als zijn geheimhoudingsplicht hebben geschonden.

Werknemer doet een beroep op vrijheid van meningsuiting.

Hoe oordeelt de kantonrechter?

De kantonrechter ontbindt de overeenkomst vanwege verwijtbaar handelen.

Van schending van de grenzen van de vrijheid van meningsuiting is volgens de kantonrechter geen sprake. Bij dit oordeel heeft de kantonrechter vier elementen uit het Herbai-arrest afgewogen, namelijk (i) de aard van de door de werknemer gedane uiting, (ii) de motieven van de werknemer, (iii) de schade die de werkgever heeft geleden en (iv) de zwaarte van de aan de werknemer opgelegde sanctie. 

– De uitlatingen van werknemer gaan over de publieke gezondheidszorg. Daarmee is het algemeen belang gemoeid. 

– De werknemer heeft niet doelbewust gekozen om het imago van ETZ publiekelijk te schaden met ongefundeerde claims. 


– Het staat niet vast dat ETZ schade heeft geleden door het interview.


– Ondanks het voorgaande, vindt de kantonrechter de ontbinding passend. De kantonrechter neemt de werknemer namelijk meerdere dingen kwalijk:

  • Het zonder toestemming informatie verstrekken over drie patiënten, met de reële kans dat nabestaanden zichzelf en/of de patiënten in de beschrijving kunnen herkennen. Het is daarnaast ook niet moeilijk te achterhalen in welk ziekenhuis de werknemer werkt. 
  • Het zonder toestemming delen van informatie die de werknemer van twee intensivisten heeft gekregen over het niet doen van obducties bij overleden COVID-patiënten.
  • Het verstrekken van informatie over de vaccinatiestatus van patiënten. Deze informatie heeft de werknemer bovendien opgezocht, terwijl hij deze gegevens voor zijn werk niet nodig had.

De werknemer heeft volgens de kantonrechter de uit de wet[1] en gedragscode voortvloeiende geheimhoudingsplicht geschonden. Dit is verwijtbaar, maar in de gegeven omstandigheden niet ernstig verwijtbaar, aldus de kantonrechter. 

De arbeidsovereenkomst wordt ontbonden. De werknemer heeft recht op de wettelijke transitievergoeding.

Tot slot

In deze zaak oordeelt de kantonrechter dat geen sprake is van ernstig verwijtbaar handelen. Als de omstandigheden iets anders waren, dan had de rechter wel eens tot een ander oordeel kunnen komen. 

Anders dan in deze zaak, heeft de kantonrechter in een andere zaak, over een werknemer die kritische uitlatingen op LinkedIndeed over de Coronapandemie, wel geoordeeld dat sprake is van schending van de grenzen van de vrijheid van meningsuiting.[2] De gevorderde ontbinding vanwege verwijtbaar handelen (geen ernstig verwijtbaar handelen) werd door de rechter toegewezen.

Uit voornoemde uitspraken volgt dat het ongelimiteerd doen van uitingen over de Coronapandemie voor werknemers niet zonder arbeidsrechtelijke gevolgen blijft. 

Wilt u advies in soortgelijke situaties? Of heeft u bijvoorbeeld advies nodig bij het opstellen van een gedragscode/mediacode? Neemt u dan contact op met ons kantoor 030-2316631. 

Uitspraak: Rechtbank Zeeland-West-Brabant 25 januari 2022, ECLI:NL:RBZWB:2022:523


[1] Artikel 7:457 Burgerlijk Wetboek en artikel 88 Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg.

[2] Rechtbank Gelderland 24 augustus 2021, ECLI:NL:RBGEL:2021:4701.